Medicijnen: aandacht voor verschillen tussen mannen en vrouwen

Hart- en vaataandoeningen komen voor bij zowel mannen als vrouwen, maar de klachten kunnen verschillend zijn. Gelukkig wordt hier steeds meer onderzoek naar gedaan. Bij vrouwen zijn er bepaalde factoren die de kans op een hart- of vaataandoening kunnen verhogen, zoals de overgang. Deze factoren kunnen ook invloed hebben op hoe je lichaam reageert op medicijnen. In dit artikel vertellen we je hier meer over. 

Menstruatie

De meeste vrouwen worden ongeveer één keer per maand ongesteld. Het bloedverlies duurt vaak een paar dagen. Gelukkig hebben de meeste medicijnen hier geen invloed op. Slik je antistollingsmedicatie (ook wel bloedverdunners genoemd)? Dan kan het zijn dat je meer of langer bloed verliest. Sommige antistollingsmedicijnen zoals direct werkende anticoagulantia (DOAC’s, o.a. rivaroxaban en edoxaban) hebben vaker invloed op je menstruatie dan andere, zoals vitamine K-antagonisten (bijv. acenocoumarol).

Heb je veel last van bloedverlies sinds je antistollingsmedicatie gebruikt? Bespreek dit dan met je arts. Samen kunnen jullie kijken naar oplossingen die bij jou passen – het maakt namelijk uit waarom je antistolling gebruikt.  In sommige gevallen kan je een ander medicijn gebruiken, een (hormoon)spiraal laten plaatsen, tranexaminezuur gebruiken, of de anticonceptiepil slikken.

Overgang

De meeste vrouwen krijgen hun laatste menstruatie tussen de veertig en zestig jaar. De gemiddelde leeftijd is 51 jaar. De overgang is de periode rond je laatste menstruatie. In het begin merk je misschien dat er meer of minder tijd zit tussen je menstruaties. Dit komt doordat de balans van hormonen verandert. Tijdens de overgang daalt de aanmaak van het hormoon oestrogeen. Dit hormoon speelt een belangrijke rol: het regelt niet alleen je menstruatie, maar beschermt ook je bloedvaten.

Doordat oestrogeen daalt tijdens de overgang, neemt de beschermende werking op je bloedvaten ook af. Dit kan allerlei gevolgen hebben, zoals hartkloppingen, een hogere bloeddruk of een hoger cholesterolgehalte . Door deze veranderingen kan het soms nodig zijn om je medicatie aan te passen, bijvoorbeeld als je bloeddruk of cholesterolwaarden veranderen. Heb je hier vragen of zorgen over? Bespreek dit altijd met je arts.

Sommige vrouwen krijgen te maken met overgangsklachten. De bekendste klachten zijn opvliegers. Bij ernstige klachten kan hormoontherapie mogelijk de klachten verlichten. Je mag geen hormoontherapie gebruiken als je bepaalde vormen van kanker hebt gehad, dus het is belangrijk met je arts te bespreken of hormoontherapie geschikt is voor jouw gezondheidssituatie.

Zwangerschap

Sommige medicijnen kunnen schadelijk zijn voor een (ongeboren) baby als ze worden gebruikt tijdens de zwangerschap. Het is daarom belangrijk om je medicijngebruik zo vroeg mogelijk met je arts te bespreken, bij voorkeur al als je van plan bent zwanger te worden. Het kan in die fase soms al nodig zijn om van medicatie te veranderen. Dit is bijvoorbeeld zo bij bepaalde antistollingsmedicijnen, zoals vitamine K-antagonisten.

Borstvoeding

Als je borstvoeding geeft moet je goed opletten met je medicijngebruik. Sommige medicijnen kunnen in borstvoeding terecht komen. Maar niet allemaal. Gelukkig weten we van veel medicijnen of ze veilig zijn bij borstvoeding. Zo zijn vitamine K-antagonisten veilig te gebruiken. Welk medicijn voor jou de beste keuze is, kan afhangen van jouw gezondheidssituatie. Of die van de baby. Bespreek daarom altijd je medicijngebruik met je arts.

Tip: Moeders van Morgen is het Nederlandse kenniscentrum op het gebied van medicijnen bij een kinderwens, tijdens de zwangerschap en in de periode dat je borstvoeding geeft. Dit is opgericht door het bijwerkingencentrum Lareb. Kijk voor meer betrouwbare informatie op hun website.

Bijwerkingen

Uit onderzoek blijkt dat vrouwen vaker bijwerkingen ervaren dan mannen. Vrouwen melden bijvoorbeeld vaker last te hebben van hoofdpijn als bijwerkingen. Als de bijwerkingen niet vanzelf overgaan en je hier last van blijft houden, bespreek dit dan met je arts. Soms is er een ander medicijn of kan de dosering worden verlaagd. Stop nooit zomaar met je medicijnen als je last hebt van bijwerkingen. Dit kan gevaarlijk zijn. Bespreek dit altijd eerst met je arts.

Als je vragen hebt over medicijngebruik, twijfel dan niet om dit te bespreken met jouw arts of apotheker.

Meld je aan voor de Harteraad nieuwsbrief