Op 17 juni publiceerde het CBS nieuwe cijfers over de donorregistratie. De aanleiding hiervoor is de nieuwe donorwet die vanaf 1 juli gaat worden ingevoerd. Uit de cijfers van het CBS blijkt dat sinds de aankondiging van de nieuwe wet er een toename is van het aantal mensen dat zijn keuze doorgeeft in het donorregister. Ook valt op dat veel van deze mensen aangeven géén donor te willen zijn. Harteraad vindt het belangrijk dat mensen bewust een keuze maken en die vastleggen in het donorregister. Wij spraken ons hierover uit in Hart van Nederland:
Per jaar overlijden 150 mensen
In Nederland staan circa 1300 mensen op een wachtlijst voor een donororgaan. Helaas overlijden ieder jaar ongeveer 150 mensen omdat een orgaan niet op tijd voor hen beschikbaar komt. Zo zijn er momenteel bijna 120 mensen die op de wachtlijst staan voor een harttransplantatie terwijl er nog geen 40 harttransplantaties per jaar kunnen plaatsvinden. De wachtlijst voor mensen die wachten op een donorhart ligt rond 3,5 jaar en is afhankelijk van veel factoren. Een tijd van grote emotionele en lichamelijke uitdagingen voor de persoon die op de wachtlijst staat en voor de mensen in zijn of haar omgeving.
Wat verandert er niet met de nieuwe wet?
Je kunt een keuze maken om ‘wel’ of ‘geen’ donor te willen zijn. Of om die keuze, na je overlijden, te laten maken door je partner, familie of iemand anders. Dat was zo en dat blijft zo. Je kunt, indien je donor wilt worden, ook aangeven welke organen en weefsel je ter beschikking wilt stellen. Bijvoorbeeld niet je longen maar wel kraakbeen.
Wat verandert er met de nieuwe wet?
Wanneer je je keuze om wel of geen donor te worden niet zelf vastlegt in de donorregistratie, of hebt aangegeven dat je de keuze overlaat aan iemand anders, wordt in de registratie opgenomen dat je geen bezwaar hebt tegen het zijn van een donor. Om je daarop te attenderen ontvang je verschillende berichten van de overheid. Wanneer je in de donorregistratie bent opgenomen met ‘geen bezwaar’, dan wordt er dus vanuit gegaan dat je ook daadwerkelijk geen bezwaar hebt tegen het doneren van organen en weefsels.
Bespreek je wensen met je naasten
Mocht je in aanmerking komen als donor, zal de arts dat bespreken met je nabestaanden. De arts zal je wens willen eerbiedigen en zal daarover het gesprek met je nabestaanden aangaan. Op dat emotionele en intense moment is het voor nabestaanden meestal niet eenvoudig hier goed bij stil te staan. Wanneer een nabestaande ervan overtuigd is dat het niet iemands wil was om een donor te zijn óf wanneer deze gedachte voor de nabestaanden tot te grote psychische belasting leidt, kan de arts besluiten om van de wens af te wijken. Dat gebeurt in circa 20% van de gevallen. De arts weegt daarbij altijd de belangen van de overledene en diens nabestaanden af.
Het is niet alleen belangrijk om je keuze aan te geven met een donorregistratie maar ook om bij je naasten aan te geven wat je wensen op dit gebied zijn. Het is bekend dat met name ouderen en jongeren zich (nog) niet zo vaak registreren. Ouderen vanuit de onterechte gedachte dat hun organen of weefsel waarschijnlijk toch niet bruikbaar zijn. Jongeren omdat ze zich wellicht wel kunnen vinden in ‘geen bezwaar’. Realiseer je dan dat je je naasten belast met het nadenken over het donorschap op een voor hen heel moeilijk moment. En realiseer je ook dat jij als uitgesproken donor het verschil kan uitmaken voor anderen, ook wanneer je medicijnen slikt, een aandoening hebt en misschien niet altijd heel gezond hebt geleefd. Dus leg je keuze vast in het donorregister en bespreek die met je naasten.