In de apotheek krijgen hart- en vaatpatiënten regelmatig een ander medicijn mee dan zij gewend zijn. Zij krijgen dan een medicijn met dezelfde werkzame stof maar van een ander merk. Uit onderzoek blijkt dat mensen die moeten wisselen meer last hebben van bijwerkingen, meer problemen ervaren met het praktisch gebruik van hun geneesmiddelen en het middel minder trouw gebruiken. Michella (30) vertelt over ervaringen hiermee.
“Het is medio 2008 als het preferentiebeleid, dat de voorkeur voor een bepaald merk medicijnen vastlegt, wordt ingevoerd. Ik luister met verbazing naar de verhalen van mijn moeder die werkzaam is in een openbare apotheek. Het schijnt dat het preferentiebeleid verwarring, boosheid en zelfs agressie opwekt bij klanten, want ineens krijgen ze een ander kleur doosje. Ik vraag me af wat het probleem is, de werkzame stof is immers hetzelfde. Over een paracetamolletje van de ene of andere drogisterijketen doet ook niemand moeilijk.”
Verkeerd doosje
“Het is najaar 2017. ‘Goedemiddag, ik kom mijn medicijnen ophalen, huisnummer 26.’ De apothekersassistente haalt mijn bestelling op. Ik vraag me af of mijn aanvraag dit keer goed is doorgekomen. Ondanks de notitie in mijn dossier ging het de vorige keer mis. Op het herhaalrecept heb ik duidelijk mijn voorkeursmerk aangegeven en de vorige keer heb ik het bij de huisarts ook in het systeem laten zetten. Kan niet misgaan, toch? Ik zie het gelijk, het is het verkeerde doosje. Mopperend geef ik aan dat ik een voorkeursmerk heb en dat ik dit merk acenocoumarol (antistollingsmedicatie) niet aanneem. Ik vertel dat er een aantekening staat in mijn dossier, onder andere van de huisarts. De assistente kijkt zuchtend en geïrriteerd in mijn dossier en geeft aan dat er geen aantekening in staat, noch van henzelf, nog van de huisarts. Maar ze zal mijn voorkeursmerk bestellen, over twee dagen mag ik terugkomen. Op de terugweg fiets ik gelijk langs de huisarts. De notitie blijkt niet goed in het systeem te zijn gezet.”
Onveilig gevoel
“Een paar dagen later sta ik weer in de apotheek en krijg ik mijn voorkeursmerk mee. Ik vraag de assistente of ze in mijn dossier wil kijken of de notities er goed instaan. Dit is het geval, maar de assistente vertelt erbij dat het soms erg druk is en dat ze dan niet de tijd hebben om goed te lezen. Dit geeft mij een onveilig gevoel. Vanaf de zijlijn hoorde ik de verhalen van mijn moeder. Toch ergerde ik mij in de apotheek, zoals zoveel mensen. Eigenlijk onterecht want de apotheek mag pas een voorkeursmerk afleveren als op ieder (herhaal) recept ‘medische noodzaak’ staat. Als een huisarts hier slordig in is of een apotheek door drukte slecht de notities leest, kan het al snel fout gaan.”
Schommeling antistollingswaarden
“Ik vond het eerst onzin om te zeuren over ‘de kleur van het doosje’. Maar hoe komt het dat ik dat nu ook doe? Jarenlang had ik geen voorkeur voor een bepaald merk. Ook na invoering van het preferentiebeleid heb ik een paar keer zonder problemen gewisseld van merk. Tot op een dag een ‘nieuw’ merk niet goed aansloeg. Raar, want 1 mg. acenocoumarol is 1 mg. acenocoumarol. Mijn antistollingswaarde begon te schommelen. Door mijn kunstklep heb ik bij een te lage antistollingswaarde een verhoogde kans op trombose. Bij een te hoge waarde is er een grotere kans op bloedingen. Ik moet dus binnen de streefwaarden blijven. De keer erop kreeg ik weer ‘mijn merk’ en de waarden waren meteen stabiel. Mijn voorkeursmerk was geboren.”
Harteraad doet een dringende oproep aan het ministerie van VWS, zorgverzekeraars en apothekers om een einde te maken aan medicijnwisselingen bij bepaalde medicijnen en patiëntengroepen. Medicijnwisselingen als gevolg van het inkoopbeleid van zorgverzekeraars en apothekers zorgen voor onnodige gezondheidsklachten en onrust bij mensen die afhankelijk zijn van hun medicatie. Zo voelt 34% zich zieker of ongezonder na omzetting naar een ander merk van hun vertrouwde medicijn. Bijna een kwart van de mensen geeft aan hierdoor een extra medisch onderzoek te hebben ondergaan. Dat blijkt uit onderzoek gedaan onder bijna 2.000 patiënten door Harteraad Patiëntenfederatie Nederland en 13 andere patiëntenorganisaties.